Wie jou draagt als jij valt : over inner-circles, bedding en wat blijft als alles wankelt.
Toen ik het eindelijk begreep, zat ik niet aan tafel.

Het was op een warme zomeravond dat ik het plots besefte: mijn inner-circle zit niet rond een tafel, maar zakt weg in mijn zetel. 
Niet iedereen die ik een vriend noem, zit in die zetel. Niet iedereen die bloed deelt, deelt ook bedding. En sommige zielen… die horen op wonderlijke wijze tegelijk bij alledrie.

Ik ben iemand die diep leeft. Gelaagd. En nu ook ongefilterd. En wie dicht bij mij staat, weet: bij mij geen oppervlakte. Geen small talk. Geen keukentafelgesprekken over het weer. Wel voeten op de salontafel, een mocktail in de hand en het lef om het over de modder te hebben, die onder de oppervlakte ligt.

Mijn inner-circle is die zeldzame plek waar ik niet uitgelegd hoef te worden. Waar ik wél tegen een rotsblok in mijn rivier kan botsen, een trauma, een crisis, een verlangen, zonder dat mijn bedding wegspoelt.
Want dat is wat zij doen: ze verplaatsen de bedding als het water stokt. Zodat mijn rivier verder kan. Soms met moeite, soms met kracht. Maar altijd verder.

Soms betekent dat dat een vriendin géén advies geeft. Maar gewoon zwijgt en blijft.
Soms betekent dat dat iemand niet ingrijpt, maar wel in je buurt blijft ademen.
Soms is het een stem in een voicememo die zegt: “Ik weet het ook niet, maar je hoeft het niet alleen te weten.”

En ik? Ik doe hetzelfde voor hen.
Ik ben niet alleen gedragen, ik draag ook. Niet als redder. Niet als fixer. Maar als iemand die zacht aanwezig blijft in hun rivier, ook als het water troebel is. Als iemand die hun bedding beschermt, soms bijstuurt, soms ademruimte geeft. Liefdevol. Onopvallend. Altijd trouw.

Ik weet ook wat het is om iemand, of meerdere, uit je bedding te verliezen. Soms door een keuze. Soms door een giftig web waarin je geleidelijk verstrikt raakt. Ik heb zelf toegekeken hoe manipulatie en gaslighting me deden twijfelen aan mijn diepste ankers. Hoe ik mensen die me lief waren, mijn bedding, tijdelijk uit mijn leven duwde omdat iemand anders de kaarten herschreef.

En hoe ik daar, jaren later, nog altijd spijt van draag. Op momenten als dat is het je inner-circle die je overeind houdt. Die je bedding herinnert. Je hart herinnert.

Wederkerigheid en verbondenheid. 
Niet door altijd aanwezig te zijn, maar door voelbaar aanwezig te blijven.

En ja, die kring verandert.
Soms groeit er iemand langzaam naar binnen.
Soms vloeit er iemand, zonder drama, naar buiten.
En soms wordt er plots een grens getrokken, wanneer iemand de zachtheid van je bedding, verwisselt voor een kans om te domineren, oordelen of breken.

Soms…
soms zijn het zelfs mensen van je familie. 
Zij die je hadden moeten beschermen. Die je hart kenden van kleins af. Die je hadden kunnen vangen maar in plaats daarvan hun messen dieper staken, toen je al lang neerlag. Mensen die bleven draaien. Bleven snijden. Bleven ontkennen dat jij bloedde.

En op zulke momenten, wanneer je familie je laat vallen, je vriendschappen verwateren of je wereld uit elkaar lijkt te vallen dan zijn het de mensen in je inner-circle die je overeind houden.

Wetenschappers zoals Robin Dunbar spreken over sociale kringen: van 150 vage kennissen tot 5 intieme vertrouwelingen. Maar geen enkel model vangt wat het écht betekent om gedragen te worden. Om bedding te voelen.

En ik?
Ik wil ook bedding zijn. Niet als fixer. Niet als redder.
Maar als mens en als coach, die weet wat het is om diep te vallen, en zacht te landen. 
Om niet zeker te weten waar je heen moet, maar wél wie je vertrouwt om naast je te wandelen.

Ik wil bedding zijn, niet om te duwen, maar om richting te geven.
Om te zeggen: “Ik zie je. En ik blijf.”

En nee, jij komt als coachee niet in mijn inner-circle terecht.
Die is klein. Gekoesterd. Privé.

Maar ik wil wél die veilige bedding zijn, waar jij even mag rusten.
Mag wankelen. Mag groeien. Zonder oordeel. Zonder haast.
Zodat jouw rivier ook weer mag stromen. Groter. Vrijer.

En als er een rotsblok opduikt of een otterdam alles stillegt, weet je: er is bedding. 
Er is beweging. Er is iemand die je niet fixeert, maar je wel herinnert aan wie je bent.

Dat heb ik geleerd van de mensen in mijn inner-circle.

Dus nee, jij komt als coachee niet in mijn zetel zitten. 
Maar ik wil je wél helpen om je bedding te vinden. 
Zodat ook jouw rivier weer kan stromen.

En jij?
Wie zit er in jouw bedding?
Wie draagt jou zacht én stevig, ook als jij niet weet waarheen?
En voor wie bén jij bedding?
Zonder het altijd te beseffen?

Laat dit je uitnodiging zijn om ze te bedanken. Of stil in jezelf te fluisteren: “Jij hoort bij mijn vijf.”

0 Comments

Leave a Comment